Let’s TALK...

Jumbo met Foodmarkt-onderdelen

Een klant attendeerde me op de heropening van een Jumbo in Deventer, met meer Foodmarkt- elementen. Deze Jumbo ligt in een relatief nieuw winkelcentrum, op een oud kazerneterrein, de Boreelkazerne. Uitgerekend naast een La Place. Dat laatste blijkt geen nieuw beleid te zijn, maar veeleer toeval, die La Place zat er al. En wat is er dan nieuw bij deze Jumbo in De­venter? Laat het vooropgesteld zijn: dit is niet de Jumbo-gemaksvariant, want die zit er nog aan te komen. Dit is een Jumbo die het bedrijf heeft aangevuld met Foodmarkt-elementen.

Vooraan in deze Jumbo vind je de agf-, de vlees- en de visafdeling alle drie bij elkaar, dus: alle maaltijdcomponenten bij elkaar. De diepvriesschepvis (ooit gestart in de Jumbo Foodmarkt Breda) is wel bekend, de diepvriesvis is opvallend betaalbaar: € 1,00 per 100 gram (veel lager dan de gekoelde vis, waarbij de zalm vrijwel onbetaalbaar is). Na het vlees vind je de afdeling met zelfgemaakte pizza’s, sushi en vers gegrild vlees. De pizza’s zien er fantastisch uit en lijken ook goed verkocht te worden. Omdat ik aan die Jumbo Foodmarkt denk, vraag ik om een stuk warme pizza, maar de jongen achter de counter vertelt me dat het om pizza’s gaat die je thuis in de oven moet doen. He­laas. Ik dacht toch echt een oven te zien, maar dat is waarschijnlijk de grill voor het vlees. Wat hij me niet vertelt, is dat er na de kassa een eethoek volgt, waar ik wél een warme pizza kan krijgen. (Daar kom ik naderhand zelf nog achter, maar dan heb ik mijn boodschappen al gedaan). De sushi en de het gegrilde vlees komen wat mij betreft iets minder uit de verf. Het gegrilde vlees = kip, kip en nog ‘s kip: hele kip, kipkluifjes en kip­penpoten, maar ze ogen niet heel uitnodigend en vers. Tussen de sushi en de gegrilde kip liggen nog wat kant-en-klaarmaaltijden zoals aardappelpuree met worstjes en jus. Het is me wat onduidelijk, wat dóen die hier eigenlijk? Zijn die hier bereid of niet? En het draagt ook niet echt bij aan de versuitstra­ling van het geheel. De taartenafdeling is helaas niet overgenomen van de Foodmarkt. Ik zie weliswaar een prima aanbod, maar niet de mooie taartenafdeling die je soms elders in een Jumbo ziet. Even een zijpaadje: op de kopstellingen staat vaak een huismerkartikel voor een lage of actieprijs, bijvoor­beeld een kopstelling vol all-in-one- vaatwastabletten, van de ‘allerslimste koop’. Het ziet eruit als een keurmerk van de Consumentenbond, maar het is het budgetmerk van Jumbo, of zoals Jumbo zelf zegt: ‘topkwaliteit voor een Hollands prijsje’, veertig tabletten voor € 2,89. En in het middenpad staan de jaaraanbiedingen: hele kopstellingen vol met een product als Cup-a-Soup van Unox of een kopstelling Spa. Verder met mijn route: ik tref er een demostand aan, waar een linzen-schotel wordt bereid en die kun je ook proeven. Tussen het fris, de wijn en het bier staan ook koel­kasten, zodat je je product ook gekoeld mee naar huis kunt nemen. Wijnadvies kun je ook krijgen, maar liefst elf medewerkers hebben hun diploma gehaald als wijnadviseur, lees ik. Ik zie lokale specialiteiten, o.a. Deventer mosterd (tien soorten), maar ik zie ook een uitgebreid Pools assortiment met makreel, goulash en natuurlijk Pools bier.

En na de kassa zien we allereerst die eethoek: zoete en hartige snacks (die pizzapunten, bijvoorbeeld), koffie & thee en smoothies. Die eethoek bleek er al vóór de verbouwing te zijn, maar dan kleiner, nu is er bijvoorbeeld ruimte voor zestien zitplaatsen. Nieuw hier is ook de vers gebakken kibbeling voor € 1,45. Op de markt betaal ik echt meer. Tot slot bij de uitgang: een softijsmachine, om zelf te bedienen, een hoorntje pakken, 50 cent in de machine, tappen en klaar; van echte weidemelk. Nu is het daar nog wat fris voor, maar het lijkt me in de zomer een groot succes. Met deze vestiging geeft Jumbo zijn formule weer een fris gezicht, aangevuld met service-elementen zoals een afhaalpunt, een smartphone-oplaadcentrum, een aanbod uit Deventer en omgeving en producten voor Poolse werknemers. En met ‘blurringvormen’ tussen directe consump­tie en thuisverbruik. De mix tussen horeca en thuisverbruik is duidelijk in opkomst, gezien de berichtgeving van AH onlangs over het nieuwe Bakery Cafe en Deli Kitchen en de Jumbo hier. Synergie met La Place, die heb ik echter nog niet gevonden. La Place is hier eerder een concurrent. En of dat makkelijk is voor La Place? Voor de prijzen bij de Jumbo-eethoek kun je niet bij de La Place terecht. Maar daarvoor heeft La Place dan weer een groter assortiment, alles biologisch en is het aanbod ook iets gezonder dan bij de Jumbo- eethoek.

Jumbo deventer foodcorner

 

‘Het nieuwe eten’ bij AH Gelderlandplein

Evelyn van Leur, partner bij de Category & Trade Company, bezoekt een supermarkt of levensmiddelenwinkel en kruipt in de huid van de weldenkende shopper. Deze column van Evelyn is eerder verschenen in de Foodpersonality.

Albert Heijn meldde in de media over de start- ups die een kans krijgen om hun nieuwe product aan de klanten te tonen en te laten proeven in de AH in winkelcentrum Gelderlandplein, in Amsterdam Buitenveldert. Dat klinkt als een interessant initiatief. Naar Buitenveldert getogen voor een kijkje.
Tegenover de sushibar en Deli Kitchen is een eiland gemaakt voor de start-ups, opvallend geplaatst en in de 100%-looproute. Een eenvoudige, maar effectieve opstelling met een banner, wat kistjes en twee koelingen. Iedereen komt erlangs.
In de week dat ik er ben, is Jennifer’s Flatbread het gepresenteerde bedrijf en product (het bedrijf van Jennifer Westgeest, die al jaren in de sector werkzaam is, waaronder ook een tijd als category manager voor maaltijden bij AH). Flatbread kennen we al, maar wat leuk is, is dat Jennifer het aanbeveelt om salade op je flatbread te doen. En alle ingrediënten voor drie lekkere recepten staan er ook, net als een van de vijf dressings. Klinkt als een goed idee, flatbread en salade. Bij het eten van alleen salade ontbreekt vaak nog wat, en dan is zo’n knapperig flatbread als de aanvulling bij een salade een origineel idee.

Ik vind het in deze grote AH mooi gepresenteerd: het oogt als een volledig concept, drie recepten erbij, vegetarisch, met zalm en met andere vis. En alle andere ingrediënten en onderdelen om die recepten te kunnen maken, zoals spinazie, komkommer, ui, appel en zalm. Samen met het flatbread heb ik het gekocht en ’s avonds meteen gegeten. Viel in de smaak.
Hoe reageren klanten? Nieuwsgierig. ‘Wat is dat dan?’, even proeven van de dressing met een stuk komkommer. Jennifer vertelt dan intussen over wat flatbread is en hoe ze aan de keuze van haar vijf dressings is gekomen – de leverancier kan er dus tegenover AH-klandizie aan ‘storytelling’ doen. Ze heeft een keuze gemaakt om een dressing mee te nemen deze week, de variant honing- mosterd-tijm. Maar er zijn dus nog vier dressings die erg lekker klinken. Jennifer’s Flatbread is verder ook verkrijgbaar in het foodservicekanaal, bijvoorbeeld bij Deli XL.
Jennifer’s Flatbread is een van de vier initiatieven van start-ups die Albert Heijn deze maand aan klanten laat zien en laat uitproberen.
De eerste week stond er Tea by Me, thee van Nederlandse bodem, om te kopen of om zelf te kweken. De tweede week Groentenbrood, waar het water in brood vervangen is door sap en pulp van verse groenten. De week dat ik er ben, dus Jennifer’s Flatbread en de daaropvolgende week zijn de ‘vegan’ taartjes en koekjes van Sharp aan de beurt. Zonder gluten, biologisch en geen toegevoegde suikers.
Waarom doet AH dit? Het past in de Albert Heijn-strategie van ‘het gezondste en geliefdste bedrijf van Nederland’ worden. Het sluit ook aan bij de Product Pitches, die AH sinds een paar jaar in samenspel met veelal kleinschalige fabrikanten doet om de assortimentsinnovatie aan te wakkeren. Maar dit is meer. Bij een product pitch wordt je product wellicht opgenomen in een aantal winkels, maar staat dan gewoon in het schap en valt wellicht ook weg tussen alle andere 25.000 producten. Hier, in deze AH, staat ‘de kleine fabrikant’ niet in het schap, maar krijgt hij als illustratie van ‘het nieuwe eten’ een podium. Het wordt getoond, je kunt het als klant proberen en het staat zo compleet mogelijk op de winkelvloer. De gekozen producten en bedrijven sluiten zoveel mogelijk aan bij ‘gezond en innovatief eten’, waar AH voor wil staan. En het is verrassend voor de klant. Klanten worden betrokken bij het testen van nieuwe producten en beslissen zo mee. Verrassend en op een manier die bij AH past: het nieuwe eten, on trend: vegan, groente, salade en thee.
AH is in mijn ogen nog steeds een strak geleide machine, waar vaak maar weinig ruimte is voor kleine initiatieven. Dit initiatief is in korte tijd en met weinig kosten opgezet. Meer ‘agile’, is kennelijk de gedachte van AH. Eigenlijk wordt iets wat bij AH To Go al een paar jaar werkt, nu ook bij AH XL voorzichtig uitgeprobeerd.
Ik weet alleen niet of alle klanten beseffen dat het een test is en dat het product na deze week wellicht niet meer verkrijgbaar is. En de vraag is natuurlijk hoe dan verder na deze 4 weken? Wekelijks doorgaan hiermee? En hoe dan uitrollen naar meer winkels? Zijn alle XL’s hiervoor geschikt? En hoe kan ik dan deze producten na deze week als consument nog bemachtigen?
Maar als ik zulke vragen kan verzinnen, ga ik ervan uit dat er ook genoeg mensen bij AH op het hoofdkantoor zijn die die vragen bedenken, en daar een antwoord op gaan bedenken. Want een weekje productpresentatie is natuurlijk slechts een aanzet tot meer.
Een verfrissend en innovatief initiatief, waarbij Albert Heijn de klanten direct laat meepraten, meekijken en mee uitproberen. Passend in de tijd om je klanten erbij te betrekken, die betrokkenheid te vergroten en een dialoog met hen aan te gaan. Ik denk dat we hier nog wel meer van gaan horen.

Bakery Cafe/Deli Kitchen, AH Gelderlandplein

Albert Heijn Gelderland­plein

Sinds eind februari heeft Albert Heijn Gelderland­plein een ‘Bakery Cafe’ en een ‘Deli Kitchen’. Op naar Buitenveldert.

Eerst een rondje door deze AH gelopen en na de kassa’s kom ik aan bij het Bakery Café. Daar koop ik een broodje en verse jus voor € 5,00, plus een cappuccino. De keuze aan broodjes: bruin, wit of spelt. Moeilijk kiezen, want: veel lekkere eigen­tijdse broodjes, van pulled pork en gegrilde kip tot avocado met basilicum en tomaat. Het beleg kun je zelf kiezen en combineren en de broodjes kunnen naar wens ook warm gemaakt worden. Het assortiment bestaat verder uit verschillende sapjes, soorten koffie, versgebakken koeken, zoals heerlijke chocolate chip cookies die je ook kunt proeven, croissants en plaatpizza’s. Het broodje wordt vers voor me belegd, je moet er dan wel even op wachten, maar dan héb je ook wat. Maar dan: opeten… vier krukken om op te zitten, maar geen tafels. En zo’n rijk belegd broodje met gesmolten mozzarella is dan best lastig eten. En waar laat ik mijn koffie en jus? Het Bakery Café is klein. De AH aan het Gelderlandplein is weliswaar erg groot, maar het mocht kennelijk niet veel ruimte krijgen. Ik heb daar mijn broodje opgegeten, maar een barretje waar ik mijn eten en drinken kwijt zou kunnen, zou welkom geweest zijn.

Maar waar is nou die Deli Kitchen? Die blijk ik bij mijn eerste rondje door deze AH totaal te hebben gemist. Hij ligt direct achter de sushi corner, bij dit tweede rondje is-ie niet te missen want net op dat moment is het Deli Kitchen-personeel allerlei warme hapjes aan het uitdelen. De signing is sum­mier, het is me aanvankelijk ook niet helemaal dui­delijk wat hier gebeurt. Ik zie dat er pizza’s bereid worden, waarbij je zelf kunt bepalen wat je erop wilt hebben. De pizza’s worden hier ook afgebak­ken. De prijzen? Tussen € 5,50 en € 7,-, afhanke­lijk van de toppings. Ernaast zie ik in een hoekje bakjes met verse maaltijden staan. Het blijkt dat die dagelijks vers worden bereid. Je kunt ze in de winkel laten opwarmen of thuis in de magnetron. Je kunt ze ook een dagje later nog thuis opwarmen en opeten.

De maaltijden die niet verkocht zijn, worden de volgende dag warm gemaakt en gebruikt om mensen te laten proeven. Geen verspilling op deze manier en een mooie manier om mensen te laten kennismaken met de producten en de service. Ook kun je salades kopen of zelf laten samenstellen. Afhankelijk van de grootte: tussen € 5,25 en € 7,-; niet goedkoop, wél lekker. Ook de spareribs zien er lekker uit en worden goed verkocht. Tijdens de lunch worden er heel wat salades ver­kocht, zie ik zo.

Als ik mijn salade meeneem, zegt een meisje: ‘Als je weer komt, kom je dan langs? Om te vertellen hoe het gesmaakt heeft?’ Ik ben even stil. Vraagt ze me nu echt wat ik ervan vind? Wat leuk. Hoe vaak vraagt een AH-mede- werker mij nou zoiets, nooit. We praten nog even door. Het blijkt dat hier foodservicepersoneel staat. Niet in dienst van AH, maar van Bakerstreet, een onafhankelijk bedrijf dat zowel de Deli Kitchen als het Bakery Café runt. Ook blijkt het de organisatie achter de shop-in-shop voor vis van Fishtales in deze AH. Bakerstreet runt ook flink wat bakke­rijen, snack- en sandwichlocaties bij Shell-stations. Ze vertelt me ook dat alles gezond en vers bereid is: ze bereiden veel ter plekke, en stellen ook elke dag de bakjes met maaltijden samen. Zo kun je toch gezond en vers eten zonder er veel tijd aan kwijt te zijn. Ik zie nu ook dat ze andere kleding aan hebben. Dit is personeel dat gewend is kwali­teit te leveren en gastvrijheid te bieden.

Wat niet kan, is ter plekke opeten. Tenminste, als je zou willen zitten. Het is warm meenemen en dan ergens opeten. De aankondiging van Het Financieele Dagblad en Distrifood destijds dat het om restaurants zou gaan, is dus een wat ruime interpretatie. Commercieel directeur Marit van Egmond van AH zegt het zelf in Distrifood iets genuanceerder: ‘We slaan hiermee een brug tussen foodretail en foodservice’ en dat het niet om een pilot gaat, maar direct uitgerold wordt. Een mooie stap, vind ik; met name de verIMG 7224 1 e1494152768495se pizza’s concurreren direct met de afhaal- of bezorgpizza’s en zijn dan value for money. De maaltijden en salades zijn wel aan de prijs als je ze vergelijkt met de producten uit het koelvak van de AH.

Het Bakery Café moet concurre
ren met de slagerij pal aan de overkant: voor € 2,25 heb je daar een broodje, bij het Bakery Café voor € 4,50. Het loopt lekker door met bezoekers tijdens de lunch, maar bij de slager staat echt een rij; vooral mannen, uit de kantoren uit de omgeving, neem ik aan. De slager heeft ook statafels waar zij gemak­kelijk hun broodje aan kunnen opeten. Lekkere ‘food for now’, goede kwaliteit en bedie­ning, alleen dan nog zo’n tafeltje erbij doen. En dat praatje met de kok/verkoopster was goed; als zij mij niks gevraagd had en ik geen praatje had aangeknoopt, had ik veel minder geweten.

Het ‘verspillingsschap’ van Jumbo Verberne

Evelyn van Leur, partner bij de Category & Trade Company, bezoekt een supermarkt of levensmiddelenwinkel en kruipt in de huid van de weldenkende shopper. Deze column van Evelyn is eerder verschenen in de Foodpersonality.

Jumbo-franchiser George Verberne in Wageningen is met een ‘anti-verspillingsschap’ begonnen. Een schap vol met producten, gemaakt van groente etc., die anders weggegooid zouden worden en die gebruikt zijn voor het maken van nieuwe producten. Op naar Wageningen. Daar aangekomen valt het niet te missen: een grote banner en vlaggen boven de ingang met ‘Verspilling is verrukkelijk’ en ‘Stel je eens een wereld voor, waarin we nooit meer eten hoeven weg te gooien.

De producten zijn gemakkelijk te vinden: prominent gepresenteerd, direct na de agf-afdeling, op de kopstelling – de mooiste houdbare schapmeter van de winkel, denk ik – staat deze display, met erboven: ‘Verspilling is verrukkelijk – powered by Jumbo Verberne Wageningen’. Een houten kopstelling met zeven planken, met: de soepen van Kromkommer, ketchup van, jawel, The Ketchup Project, jam van Potverdorie!, granola van Yespers, ‘Bammetjesbier’ en Pieper-bier van Instock, ‘ginger-lemon icetea’ van Thystea, sappen en ciders van Betuwse Krenkelaar en pastasaus in blikken (met de naam ‘Ragu’) van leverancier Coco… ik tel al snel negen verschillende leveranciers.

We gooien in Nederland per jaar zo’n 41 kilo voedingsmiddelen per persoon weg, deels doet de consument thuis dat, deels verdwijntdit al voordat het
bij de consument aankomt. Kromme komkommers, ‘penen met twee benen’, tomaten die doorgedraaid worden, brood dat niet verkocht is. Het kabinet heeft zelfs voor de komende vier jaar € 7 miljoen vrijgemaakt (voor innovatie, onderzoek, voorlich­ting etc.) om voedselverspilling te bestrijden. Het beste is natuurlijk verspilling voorkomen, dat kan deels door de houdbaarheidsdatum van langhoudbare dkw als rijst en pasta af te halen, of om te katten naar ‘ten minste heerlijk tot .’, zoals ik op bier zie staan. Maar ook door ruimere wetten om overschotten aan voedselbanken te doneren. En door producten die anders wegge­gooid worden tot andere producten te verwerken, zoals deze hier, gemaakt van brood, zuivel, agf en vlees. Het Instock-bier is gebrouwen van brood of aardappelen, de jams, soepen en dranken bevat­ten veel ‘gered’ agf.

Er komt volgens mij wel heel wat bij kijken: aller­eerst producten verzamelen, in de praktijk bete­kent dit dat je dat bij bijvoorbeeld supermarkten of boeren ophaalt. Vervolgens al die producten tot lekkere (en houdbare) producten verwerken en dan nog een afzetkanaal vinden. Om lekkere producten te maken, heb je crea­tieve koks nodig, die goede recepturen maken. Persoonlijk vind ik de jamsmaken van Potverdo­rie! zeer geslaagd: de variant met kersen, krenten en kaneel is erg lekker en onderscheidt zich ook duidelijk van de reguliere smaakvarianten. Maar ook het bier, de soep en de ijsthee doorstaan de smaaktest bij ons thuis met glans. Daarnaast moeten de producten aan allerlei eisen voldoen, zoals HACCP, ean-codes en juiste infor­matie en declaraties op de verpakkingen. MVO Nederland blijkt daar een faciliterende rol in te hebben vervuld. Ondanks de barrières zijn al heel wat Nederland­se bedrijven en bedrijfjes bezig voedingsmiddelen te ‘redden’, meestal opgericht door ‘bevlogen’ ondernemers, die kleinschalig de grote wereld- voedselvraagstukken een beetje willen oplossen.

Ik kan me het zo voorstellen dat voor die negen leveranciers de logistiek en de productbeschikbaarheid een uitdaging zijn. Want hoe maak je tomatensoep of ketchup als er een tijd lang geen tomaten te redden zijn? Maar daarom wisselt bij de meeste van deze producenten het assortiment, afhankelijk van de aanvoer. Als ik vaste klant van Jumbo Verberne was, zou ik dat geen probleem vinden. Ik zou juist altijd kijken of er weer iets nieuws in dit meubel staat.  Het prijsniveau is wel een puntje van aandacht: € 7,50 voor appelsap was me toch te gortig. Maar de meeste producten zijn, hoewel iets duurder dan de reguliere producten, redelijk geprijsd. Dat geldt trouwens zéker voor de ‘kromkommers’ op de agf-afdeling. Die worden verkocht voor dezelfde prijs als de rechte komkommers, en zo hoort het ook. Benieuwd hoe consumenten daarop reageren. Of ze die net zo vaak kopen.

Iets zegt me ook dat Wageningen het goede marktgebied is: Wageningen barst van de stu­denten die in agrarische en voedselvraagstukken geïnteresseerd zijn, studerend aan de Wageningen Universiteit. Voor hen is Verberne’s initiatief een reden om naar zijn Jumbo te gaan. Verberne – vertelde hij mij – was twee jaar gele­den bij een ‘verspillingslunch’ van de Rabobank en werd daar ingevoerd in allerlei wereldwijde voedselvraagstukken. Bovendien begon hij met een Jumbo in een gebied dat ook ‘Food Valley’ heet. Hierdoor begon hij zich steeds meer te inte­resseren voor voedselvraagstukken en dit schap is daar een illustratie van. Hij laat ook Wageningen- studenten onderzoek doen naar de beweegrede­nen van zijn klanten. Hij vindt zijn pilot geslaagd als in de komende jaren meer winkels dit zullen navolgen, van welke formule dan ook.

Tot slot is dit voor Jumbo een mooie test. Eerdere testen van bijvoorbeeld de Verspillingsfabriek en Plus waren gestrand; de reden is niet naar buiten gebracht is. Daarnaast zien we natuurlijk initiatieven met agf, zoals de Buitenbeentjes bij Albert Heijn. Jumbo zelf doet het nog niet zo goed volgens de consument op het gebied van duurzaamheid: volgens de ranglijst van GfK van onlangs is Jumbo 11de van de 16, op de lijst van ‘duurzaamste supermarktformule van Nederland’. Opschalen – binnen meer Jumbo’s, bijvoorbeeld – kan nog best lastig zijn, maar zolang er nog veel komkommers, tomaten, aardappelen en broden te redden vallen, is het de moeite waard – het zou toch ook op in-outbasis kunnen?

Spar Express, Geertruidenberg

Evelyn van Leur, partner bij de Category & Trade Company, bezoekt een supermarkt of levensmiddelenwinkel en kruipt in de huid van de weldenkende shopper. Deze column van Evelyn is eerder verschenen in de Foodpersonality.

Vanaf januari is Spar bezig met de verbreiding van een nieuwe Spar-formulevariant, Spar Express. De naam is niet nieuw, ooit was dit de naam voor een stadsformule van Spar, ver vóór de tijd van Spar City Store. De Spar Expres van nu is gevestigd bij benzinestations die niet aan de snelweg liggen. De opzet is afgeleid van de Spar City Stores en het is een samenwerking met Texaco. De eerste is in Geertruidenberg opengegaan.

Bij het Texaco-tankstation in Geertruidenberg staat groot Spar op de voor- en zijgevels. Bij binnenkomst loop je recht op de broodjes af. De bakkerij en het grote assortiment aan vers belegde broodjes trekken direct de aandacht, maar dat geldt in tweede instantie ook wel voor de Lavazza- koffie, de tap voor vers te persen sinaasappelsap en een display-eiland met koek. We zien inmiddels de bekende deals als croissant en sapje samen voor € 2,50, een lunchdeal voor € 4,00 (een wrap met water) en een duodeal van Pringles met Red Bull voor € 2,00. Aantrekkelijke prijzen ten opzichte van andere pompshops. Eerst maar eens een koffie en lunch. Lavazza, alle soorten koffie, uitstekende kwaliteit. Je kunt beta­len met je contactloze pinpas, handig – als je die hebt, natuurlijk. En een overdadig belegd broodje, havermoutkoek en vers sinaasappelsap. Terwijl ik daar zit aan het barretje voor het raam, is het druk met klanten: veel broodjes en drankjes worden verkocht. En veel klanten komen voor sigaretten, hoewel die niet in het zicht staan. Die kunnen op een scherm worden aangetikt en dan komen ze onder de balie bij de kassamedewerker uit een kast rollen. Het is alsof er toch vooral voor de directe con­sumptie en op impuls verkocht wordt. Op andere tijdstippen (ik ben er wat langer) komen klanten ook voor de vergeten boodschappen. Tankers, maar ook fietsers en mensen uit de buurt. Volgens het personeel is het drukker geworden, omdat de prijzen een stuk lager zijn dan in de tijd waarin dit nog een Texaco-pompshop was. Nadat mijn honger gestild is, loop ik door het winkeltje van 180 m2. Ja, je kunt er bijna alles ko­pen. Natuurlijk veel impulsproducten zoals chips, chocola en snoep. Cadeau-artikelen als bloemen, giftcards en een display met Jamie Oliver-keu- kenartikelen. Maar ook veel voor een eenvoudige, snelle maaltijd, zoals pasta met kruidenmix, vlees en wat groente. Eieren, salade en fruit, broodbeleg, kaas, verse pizza, vlees. Schoonmaakartikelen en artikelen voor de persoonlijke verzorging. Ook een schap met typische pompshopartikelen als motorolie, lampjes en oortjes en opladers voor je mobiel. Uiteraard geen alcoholische dranken, we zijn immers in een pompshop. Verder ontbreken diepvriesartikelen. Ik krijg de indruk dat er van sommige categorieën wel héél erg veel aanbod is: heel veel kaas, ook vier soorten pindakaas en drie merken hagelslag, met maar liefst 14 facings. Ook de verse pizza’s blijven liggen, wellicht is 6 euro te duur. Misschien zou­den diepvriespizza’s het beter doen – tenminste, als je ervan uitgaat dat een ritje van deze winkel naar huis kort genoeg is in verhoud2017 05 01 12.48.29ing tot een ontdooitijd. Andere versartikelen lijken ook tegen hun tht aan te zitten.

Wat valt verder op? Op werkdagen opent deze Spar Express om 6.00 uur. Dat is vroeg, maar zodoende kan de forens een ontbijtje halen voor vertrek. De indruk: een winkel met nadruk op de directe trek, snacks en zoetwaren, en vergeten boodschap­pen. Het assortiment moet wellicht nog gefine- tuned worden om derving en tht-overschrijdingen te voorkomen. Misschien zou Spar in deze winkel ook meer op de actualiteit kunnen inspelen, zoals feestdagen (Moederdag, Pinksteren, Vaderdag etc.). Bij mooi weer, stel ik me zo voor, kan deze Spar Express dan ook barbecuevlees en aanverwante artikelen aan­bieden. Maar goed, de ruimte is beperkt en je moet dan wel de nodige flexibiliteit hebben in je assor- timentsaansturing. En het is verder altijd maar de vraag of inspelen op seizoenen wel thuishoort in een winkel als deze, is het er een voor consumen­ten onderweg naar huis of doen meer klanten hier een stop van de ene bestemming naar de andere, dus niet naar huis? Hoeveel autorijders komen hier versus de fietsers en klanten uit de buurt? Hoe dan ook, Spar voorziet met deze Spar Express weer in een nieuwe gemaksbehoefte, geen studenten-Spar, geen grotestads-Spar, maar een ‘onderweg-Spar’ en een bedrijf als Spar met z’n vele kleinere winkels kan zo de ‘consument onderweg’ beter aan zich binden. Ten koste van de concurrentie met grotere winkels in de wijken. Maar gezien de tht-perikelen vermoed ik dat Spar nog van alles moet uitproberen in dit assortiment, terwijl ik eerder zou denken dat juist een bedrijf als Spar veel ervaring heeft met kleinere gemaks- supers.

Pilotwinkel, Dagwinkel

In het centrum van Hilversum, in een oude woonwijk de naam ‘het rooie dorp’, is eind april de pilotwinkel van Dagwinkel gestart, de buurtwinkelformule van Van Tol. Met als ondernemers Hans en Monica Vermond. Op deze plek zat altijd al een winkel, maar deze was formuleloos sinds het verdwijnen van Golff en de ondernemers runden ‘m hiervóór als ‘Superverswinkel’.
De Dagwinkel ziet er eigentijds en aantrekkelijk uit, wat niet zo gek is voor een levensmiddelenzaak die net verbouwd is. Niettemin heeft Van Tol ook teruggegrepen op de tradities van de vroegere speciaalzaak, bijvoorbeeld door de aardbeien en meloenen die buiten gepresenteerd worden. Traditie en zelfs nostalgie: binnen zie je meteen veel hout in het meubilair en oude foto’s van de buurt, levensgroot in zwart-wit afgebeeld; het creëert een gemoedelijke buurtsfeer. Deze Dagwinkel is net als zijn soortgenoten klein, 500 m2 vvo, maar door de lage stellingen voor zowel vers als dkw oogt hij toch ruim genoeg. En er wordt nog volop gebouwd als ik er ben: er wordt een houten lambrizering tussen de schappen en het plafond gemonteerd en ook het nostalgische meubel voor de koffiebonen (alsof het zo uit een oude kruidenierswinkel gehaald) is die ochtend aangekomen en wordt geïnstalleerd. Over enkele dagen zul je hier je eigen koffiebonen kunnen tappen uit de mooie kast en desgewenst malen. In het midden vind je dkw, maar beperkt, de nadruk ligt overduidelijk op de versgroepen. Wel – zoals we van Van Tol gewend zijn – zie je producten die afwijken van gewone supermarkten afwijken, zoals ambachtelijke chips in papieren zakken. Dkw beperken is een begrijpelijke keuze; voor de weekboodschappen en de standaard-voorraadartikelen gaan de meeste huishoudens toch naar een grote supermarkt. Deze winkel moet het van vers hebben, en dan vooral vleeswaren, kaas en brood. En er staat een zuiveltap waar je dikke yoghurt tappen en een bakje mueslie erbovenop doet en kunt meenemen. Je kunt er lekker beleg kopen, en vers brood, maar er is ook een ruim assortiment borrelkaasjes en wijnen. Daarnaast kun je hier belegde broodjes kopen die hier in de winkel zelf bereid worden. Van Tol noemt dat ‘het make-offstation’, een verbastering van het aloude bake-off, denk ik. Hier worden de broodjes afgebakken en rijkelijk belegd en in de toekomst ook salades en smoothies bereid.

De klanten bestaan uit een trouwe, maar vergrijzende groep klanten uit de buurt. Het personeel werkt hier al dertig jaar en zal die klantenkring waarschijnlijk al jaren kennen. Maar daar is het ook een buurtwinkel voor, waar je als kind voor het eerst zelf boodschappen mocht halen (en moeder stiekem op de hoek stond te kijken).
De andere pijler van Dagwinkel naast vers is: service en gemak. En dat uit zich hierin; ten eerste levert deze Dagwinkel – maar dat is bij heel wat meer buurtwinkels van Van Tol – aan bedrijven in de buurt: lunches, brood en beleg of juist belegde broodjes, en eventueel de overige boodschappen. Die levering aan bedrijven is niet alleen een kwestie van meer omzet draaien, het is ook een indirect voordeel: verswaren hebben in buurtwinkels met een klein weekomzetje een beperkte omloopsnelheid. Dat zorgt ervoor dat de derving in relatieve zin nog groter is dan bij reguliere en grote supermarkten. Om dat te voorkomen, beperkt een ondernemer van een buurtwinkel zich noodgedwongen tot minder varianten in zijn versaanbod. Maar dat is eigenlijk bouwen aan een neerwaartse spiraal, want keuzeverkleining kan weer tot gevolg hebben dat vaste bezoekers ook van lieverlee naar de grote supermarkt gaat. Die extra levering aan bedrijven zorgt er daarom voor dat bijvoorbeeld het aanbod vleeswaren ruim kan blijven en deze Dagwinkel het niet ook op dát punt weer aflegt tegen AH’s, Jumbo’s, Lidls etc.

Ten tweede bezorgt de Dagwinkel aan huis. Klanten kunnen mailen of bellen. Bestellingen vóór 12.00 u probeert deze Dagwinkel diezelfde dag nog te leveren, de klant kan pinnen bij de levering. Ook kunnen klanten bestellen en in de winkel afhalen. Dagwinkel vecht op zijn manier dus gewoon mee in de e-commerce-concurrentiestrijd.

Ten derde werkt de Dagwinkel samen met andere ondernemers: de slagerij van een stukje verderop in de straat levert (een deel van) de vleeswaren.

Het zal er natuurlijk om spannen of het ondernemerskoppel nieuwe wijkbewoners tot klant maakt, zodat die een deel van de grote boodschappen bij grotere winkels beetje bij beetje in deze Dagwinkel besteedt. De openingstijden zijn van 8 tot 8, dus daar hoeft het niet aan te liggen.

Deze buurtwinkel doet dus wat trendwatchers, retaildeskundigen etc., etc. allemaal roepen; voorkom dat je uitsterft als vergetenboodschapwinkel, investeer in vers (meer kans op dagelijkse bezoekers en meer kans op een hogere brutomarge) en bied service (levering aan bedrijven en bezorgen/afhalen). Daarmee is Dagwinkel echter, ook al is het dan in de stad Hilversum, nog niet van het innoverende soort als Spar University of Coop Vandaag, die zich in grote steden of studentensteden meer richten op maaltijdoplossingen voor ontbijt, lunch, avondeten etc.

Daar kan (en moet) Van Tol nog een volgende stap in zetten.

Jumbo Kooistra: wel en niet ‘Foodmarkt’

Onlangs ging een van de Jumbo’s van vader Yke en zoon Erik Kooistra opnieuw open. De Kooistra’s, eigenaars van negen Jumbo’s, hebben deze winkel ingrijpend verbouwd. Het is officieel géén Foodmarkt. Maar intussen is-ie ‘best wel Foodmarkt’, zogezegd, en daarnaast aangepast aan de Friese consument. Bolsward, een stadje met 10.000 inwoners, die winkel in Bolsward schijnt maar liefst rond de € 500.000 omzet per week te draaien. Jumbo Kooistra, nogmaals, is géén Foodmarkt, het heeft meer weg van een grote Jumbo. Er is geen steenoven voor pizza’s, geen Aziatische maaltijden en het pand is geen oud industrieel erfgoed zoals Jumbo Foodmarkt Amsterdam. Wat maakt Kooistra dan uniek en wat is dat Friese element dan? En zit dáár dan die vijf ton in?
Het is ongelooflijk druk op vrijdagochtend in de winkel, het is zoeken naar een parkeerplek. Bij binnenkomst zie ik elektrische kinderwinkelwagentjes met een tablet erop, waarmee kinderen een puzzeltocht door de winkel kunnen doen. Eenmaal door de poortjes is er geen niet zo’n strikte scheiding tussen vers en houdbaar zoals in de andere Foodmarkt-vestigingen. Je komt binnen op de agf-afdeling (aardbeien breed gepresenteerd, met slagroom, fijne kristalsuiker en beschuiten) en daarna meteen de visafdeling. Die begint met de inmiddels bekende pick & mix van diepvriesschepvis zoals we dat van Jumbo Foodmarkt ​en sommige Jumbo’s ​ kennen. Daar liggen echter ook de Ebi-garnalen (in de vriezer), om te frituren. Die kan ik gewoonlijk alleen bij de Japanner kopen. Daarnaast de verse sushi, die op dat moment vers gemaakt wordten die je mag proeven, want de Bolswarder heeft die nog niet gehad, althans, niet hier in de omgeving. Bolsward heeft geen sushirestaurant. Klapstuk in deze winkel en een voor Nederland unieke specialiteit zijn de oesters uit de Waddenzee. Dit zijn geen kweekoesters, dat mag niet in de Waddenzee, maar wilde oesters, die bij eb geraapt worden. Ze zijn wat steviger dan andere oesters. Jammer dat deze niet uitgedeeld werden, maar wel begrijpelijk, maar was wel benieuwd hoe die smaken in vergelijking met Zeeuwse oesters. Ze liggen in een aquarium, waar water met de juiste zoutgehalte en andere voedingsstoffen zoals in zee doorheen stroomt. Hierdoor blijven de oesters in leven en dus vers. Als je erop tikt en ze gaan niet dicht, dan leven ze niet meer. Maar dat bleek weinig voor te komen.

Naast de sushi en oesters ook verse en gerookte vis zoals gerookte forel, het alternatief voor paling. Maar wat het beste loopt op de visafdeling is de gebakken vis, zoals kibbeling. Heerlijk en gemakkelijk. Dat is dan wel weer een Foodmarkt-element, het is natuurlijk een prima alternatief voor de viswinkel en de viskraam op de markt, en tegelijk in assortimentsopzicht een goede aanvulling op de gegrilde kippetjes en de spareribs.
Ook de bekende producten als verse pizza om thuis in de oven te doen en de taarten van Jumbo Foodmarkt vind je hier, maar dan zonder de aankleding zoals in de Foodmarkt-vestigingen in Breda en Amsterdam.

En nu de Friese specialiteiten: Friezen houden wel van een biertje, zo te zien aan de behoorlijk grote bierafdeling. Rechts de kratten, links de flesjes. Boven de flesjes een bakstenen muur met Friese teksten erop en een aantal grote zwart-witsfeerplaten en vaten. En de eerste meter is voor Us Heit, het bier dat in Bolsward gebrouwen wordt, met inmiddels recepturen uit verschillende plekken in Friesland, bereid met vooral Friese grondstoffen. Er is in Bolsward ook een proeflokaal. Naast bier worden er bij Us Heit ook whisky en likeuren gestookt. Die worden natuurlijk niet in deze Jumbo verkocht, maar wel in de slijterij van Kooistra tegenover deze Jumbo. We zien de naam ‘Tsoch en mear’ (‘Proost en meer’) en dat omvat drie winkels: een slijter, een ijssalon en een koffie- en chocoladewinkel.
Andere Friese elementen zijn: de grote keuze aan ‘droge worst’ (met Friese en Groningse varianten) voor bij de borrel, Friese kaasjes en ook Fries brood en Fries gebak, zoals sukerbôlle (suikerbrood) en dûmkes (soort koekjes), ach, dat is voor Friezen weer normaal.
Aan het eind van de winkel zien we ook een restaurant en daar zit best veel volk. Ontbijten voor € 1,50, koffie en vlaai ook voor € 1,50, op bepaalde tijdstippen dan. Dat zijn wel Jumbo-prijzen. Ontbijten voor € 1,50, dat is nog net geen Ikea, maar die is er ook niet in Friesland en het is altijd nog 50 cent minder dan ontbijten bij Hema; tel uit je winst. Het lijkt me dat Kooistra horeca met die prijzen als traffic-instrument gebruikt. Maar goed, dat is bij Ikea en Hema niet anders.

Bolsward. Is dat nou de meest logische plek voor een Jumbo als deze? Het is natuurlijk de bakermat van Kooistra, die in de provincie een begrip is. Maar ik denk dat ik als ik Kooistra was voor een grotere stad had gekozen, Leeuwarden of Heerenveen. Maar van de andere kant, voor de mensen uit Bolsward en omstreken is nu wel veel lekker eten en drinken makkelijk bereikbaar, eten en drinken dat er eerst niet was – en bovendien: als deze plaats je bakermat is, zullen juist die klanten die jou kennen, het waarderen dat jij dat lekkere eten en drinken in je winkel ‘opdient’.

En daarnaast: vader en zoon Kooistra hebben nu nog acht andere winkels waarmee zij met deze initiatieven nog eventueel terecht kunnen.

Wisselwerking Emté & Van Heinde

Kort geleden hebben we met ons team de nieuwe Emté 3.0 in Den Bosch bekeken, de voormalige Van Heinde-versmarkt. Niet zozeer voor het supermarktgedeelte, dat is al uitgebreid in de vorige Foodpersonality beschreven. In FoodPersonality juni werd erop gewezen dat ‘Brasserie Van Heinde’ gebruik maakt van de ingrediënten van Emté en dat het verder een reguliere Emté 3.0 was met Van Heinde als horecanaam, maar wij waren benieuwd naar de ‘mate van blurring’: hoe worden boodschappen doen en ter plaatse eten en drinken gemixt en vooral ook; bevorderd?

In dit gebouw zit bij Emté dus nog 2 Van Heinde zaken: de broodjescorner, de zgn. take-away, en de brasserie Van Heinde. De take-away zit aan een van de vier zijden van ‘keuken’ van de Emté 3.0. Deze keuken is de oude keuken van Van Heinde en daarmee ook veel groter dan in de andere Emté’s. De broodjeszaak heeft een andere ingang dan de supermarkt, aan de zijde van de hogeschool, heel handig met al die studenten. Het prijsniveau van de take-awaydrankjes is gericht op traffic trekken: 1 euro voor cappuccino of verse jus, de broodjes zijn € 3,50. De brasserie is van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat open, dus van ontbijt, koffie met taart uit eigen huis en lunch tot diner. De brasserie maakt de gerechten ook in dezelfde Emté-keuken. Het bijzondere is dat de gerechten die boven geserveerd worden, bereid worden met uitsluitend producten die in de Emté supermarkt verkrijgbaar zijn. Dus alles wat je boven eet, kun je thuis ook bereiden met de ingrediënten van Emté. Op de kaart staan dus o.a. biefstuk van ‘Natuurvlees’ (het vlees van de runderen van Staatsbosbeheer, dat exclusief bij Emté verkrijgbaar is), een hamburger gemaakt van de ‘Frozen Butcher Iberico burger’ (van beneden uit de vriezer), heerlijke charcuterieschotel en clubsandwiches van ‘Van Heinde Vlees en Vis’. Vlees en vleeswaren vormen nog steeds een van de speerpunten, zoals in alle Emté’s 3.0, en hier dan extra de verse vis op ijs.//Nou, eigenlijk een aanstekelijke combinatie, maar zie ik nog wel heel veel kansen, want dit wordt nog bijna niet gecommuniceerd. En op het moment dat wij er waren, was het lekker druk in de winkel, ook de take-away liep lekker, maar de brasserie kon nog wel wat meer gasten gebruiken (oké, horecapieken zijn anders dan boodschappenpieken, maar dan nog…). En laten we niet vergeten dat de ombouw nog maar sinds begin mei gereed is, en daarmee eerst gefocust is op de supermarkt, maar ik zie nog wel mogelijkheden voor verbetering.//Allereerst is de toegang van de brasserie via een trap in een wat dode hoek van de supermarkt. En waar je dan uitnodigende borden zou verwachten bij de trap om je verleiden tot een lekker kop cappuccino met taart of de dagaanbieding voor de lunch of diner staat er behalve onopvallend de menukaart van de brasserie eigenlijk niets om je de trap op te trekken. Alleen als je al van plan was om naar de brasserie te gaan doe je dat.//En dan eenmaal boven: het eten is prima, de service uitstekend en de entourage prettig en eigentijds. Maar het verhaal over de ingrediënten uit de supermarkt staat nergens. En wat zou het leuk zijn als je de receptkaarten van de gerechten die je hebt gegeten mee naar huis krijgt, zodat je echt deze gerechten ook echt thuis kunt maken op een restaurantmanier (gesteld dan dat je net zo goed kunt koken als de chef-kok van de brasserie, nou ja, altijd het uitproberen waard…). Storytelling, beleving, service, dat zou deze combinatie verleidelijker kunnen maken.//Tot slot nog een tip voor branchenieuwsgierigen: mocht je ernaartoe willen, Emté Van Heinde heeft een eigen parkeergarage. Maar die parkeergarage vinden bleek in ons geval nog een uitdaging, langs de weg stond geen signing. Nu kun je heel gemakkelijk in de openbare parkeergarage verderop parkeren, maar dan heb je je auto weer niet dicht bij de ingang van de winkel staan. Eigenlijk is dit meer een tip aan het adres van Sligro Food Group, maar het kan best zijn dat de gemeente moeilijk heeft gedaan over extra bewegwijzering. Of dat is nog in de maak.

Ik denk dat deze locatie nog enorm veel meer potentieel heeft en verder ontwikkeld kan worden tot een echte ‘blurringlocatie’: waar je je boodschappen kunt doen, maar ook in de winkel én in de brasserie inspiratie kunt opdoen voor lekker vers en gezond eten, gemaakt van producten met een verhaal.

Gek eigenlijk, dat we bedenken dat dat beter, scherper, duidelijker verwoord en begeleid kan worden in deze winkel, want als één van de marktpartijen ervaring heeft met horeca en boodschappen doen, dan is het Sligro Food Group wel. Denk aan de activiteiten van Sligro Food Group, met ‘foodservice’ en ‘foodretail’ als twee duidelijk afzonderlijke onderdelen van het bedrijf. Dus als één marktpartij het potentieel heeft om optimaal gebruik te maken van een ‘blurringtrend’, dan is het Sligro Food Group wel. Maar als ik nu bedenk wat wij daarvan in Den Bosch hebben gezien, dan besef ik dat ook voor Sligro Food Group ‘blurring’ eigenlijk een onontdekt potentieel is en dat Sligro hier eigenlijk maar nét mee is begonnen.

AH To Go weer langs de snelweg

Albert Heijn heeft een deal gesloten met BP

Albert Heijn heeft een deal gesloten met BP en de komende tijd worden een enkele BP-pompshops omgebouwd tot AH To Go’s.

De omzet bij benzinestations stijgt volgens het Foodservice Instituut Nederland weer, na jaren van teruggang. Het eind aan de crises, meer werkenden en meer autoverkeer dragen daar zeker aan bij. Maar ook formulevernieuwingen bij de oliemaatschappijen zijn eraan hebben bijgedragen, zoals Texaco Go en Shell Deli2Go. Als ik aan formulevernieuwing langs de snelweg denk, moet ik vooral Scheiwijk noemen: aan de A27 Utrecht richting Gorinchem, met regionale, biologische, ambachtelijke en in de winkel bereide levensmiddelen.

Het was ook nodig denk ik: de marge op benzine best gekrompen is de laatste jaren door de opkomst van de goedkopere tankstations. En dan is de vraag hoe kunnen tankstations nu meer omzet en winst halen uit de andere producten dan brandstof. Antwoord: door meer in te spelen op de behoeften van hun klanten.

De meeste pompshops hebben een foodservicebenadering, maar BP is de samenwerking met AH To Go aangegaan. In de bladen heb ik gelezen dat het assortiment aangepast is aan de behoeften van de automobilist.

Dus ben ik een kijkje gaan nemen in de BP langs de A8 bij Zaandam.

Als je binnenkomt, zie je meteen een echte AH To Go. Buiten wordt al geadverteerd met de koffiedeal (€ 2,50 koffie met een croissant). Er is ook een lunchdeal voor € 5,00 bestaande uit een broodje, sap en fruit. Binnen loopt je direct tegen een kopstelling met fruit en een actiedisplay met ice coffee en yoghurt met muesli aan. Achterin zie je ook de grote koeling met salades. Aan de linkerzijde bevindt zich allereerst de welbekende koffiecorner, de ingang van de toiletten en een grote koeling met ‘frisdrank en water’. Rechtdoor de balie met de vers belegde broodjes, met daarvoor statafels om daar ter plekke direct je koffie en broodjes op te eten. En rechts de kassa voor het afrekenen van de brandstof. Bij de kassa zijn tegenwoordig de motorolie, ruitenvloeistof en de sigaretten verkrijgbaar. En het fungeert als afhaalpunt van Bol.com. Er zijn 3 afrekenplekken:  bij de kassa’s en bij de broodjescorner kun je je brandstof afrekenen en voor alles uit de shop kun je ook bij de selfservicekassa’s betalen.

Ik ben altijd een fan van AH To Go geweest, met zijn lekkere salades, sapjes en fruit. Maar ik geloof ook dat je goed naar de doelgroep en gebruiksmoment moet kijken. En op het moment dat ik daar was, was het halverwege de middag, het was het druk, en stond de winkel vol met … alleen maar mannen. De personeelsleden en ik waren de enige vrouwen daar. En al die mannen met hartige trek liepen direct naar de vitrine naast de broodjesbalie, waar de meter met de traditionele snacks staan: kroket, frikadelbroodjes etc. Deze vitrine was echter grotendeels uitverkocht en leeg. Ik geloof dat consumptiepatronen veranderen, maar niet dat we de vrachtwagenchauffeur van een broodje bal zomaar naar een komkommer met humus krijgen, hoe goed dat ook voor hem zou zijn.

En als ik kijk naar mijn eigen consumptiepatroon onderweg, dan heb ik vanaf halverwege de middag ook trek in een hartige snack. Maar niet perse in een broodje bal. Ik heb trek in een wat lekkerdere snack of kleine maaltijd, die past bij AH en AH-to-go. Dus een hamburger van black angusvlees, een biologisch kipburger of een lekkere veggieburger.  Of keuze uit twee lekkere pasta’s.  Of iets met pulled pork. Ik mis bij deze AH-to-go warme lekkere snacks of maaltijden voor de hartige trek, die iets luxer en veel eigentijdser zijn dan het broodje bal.

Bij het wachten in de rij voor de broodjes zie ik opeens op het scherm een hamburgerdeal langskomen. Hé, waar is die dan, en wat is er nog meer? Bij heel goed kijken zie ik toch een paar warme snacks: er zijn klaarblijkelijk hamburgers en pizza’s te verkrijgen, het aanbod zit met een sticker geplakt op de vitrine met warme snacks. Was ik toch volledig aan voorbij gelopen. Want dat ontbreekt: in elke snackbar, restaurant en zie ik duidelijk wat op het menu staat, maar niet hier. Ze hebben het wel, maar ze vertellen het niet. De hamburgers en pizza’s staan niet in de vitrine als show en ik heb ook niemand ze zien eten. Wil AH ze niet verkopen, of is er nog geen goede manier gevonden om ze te laten zien? Dat zou ik echt als eerste veranderen. En daarnaast kan ik me voorstellen dat er nog wel meer mogelijk is. Ik ben benieuwd of AH To Go de komende weken zijn innovatiekracht zal aanwenden om voor de warme snacks en maaltijden ook een mooi assortiment neer te zetten.

Eigenlijk geloof ik meer in het andere nieuwe initiatief van general manager Jan-Willem Dockheer van AH To Go: dan heb ik het niet zozeer over zijn suggestie om onder AH-vlag op grond van lokale consumentenkeuzes hamburgers of frites te gaan bakken (zoals hij een tijd terug in de media liet doorschemeren). Dat lijkt me niet bij AH passen. Maar ik doel op Dockheers aanpak in Duitsland, in de pompshops van Shell, waar AH sinds kort mee van start is gegaan: gewoon een paar meter ‘gezond/lekker/verrassend’ in een ‘normale’ pompshop. Dan ben je inderdaad niks meer dan ‘een leverancier van Shell’. Leverancier zijn, daar zal AH opnieuw aan moeten wennen (zeker bij Shell, die twee zijn al een keer uit elkaar gegaan). Maar toch; dát zie ik meer zitten.

De nieuwe Aldi in Zwolle

De nieuwe Aldi in Zwolle

In Zwolle heeft Aldi een nieuwe winkel neergezet. Een luxere met meer beleving, schrijft de Distrifood. Aldi, meer beleving? Op naar Zwolle.
Het is inderdaad een heel andere winkel geworden. Een ‘warme’ binnenkomst; door de hele Aldi hangen sfeerposters boven de schappen en rondom de stortbakken, wat een heel andere indruk en sfeer geeft.
En aan het begin waar je vroeger meteen een rommelige straat met pakken sap indook, begint het nu met een warme bakkerij-afdeling. Wel een beetje Lidl nadoen, natuurlijk, maar kom. Als eerste bij binnenkomst een koffie-apparaat  waar je tegen een kleine betaling koffie kunt kopen. Even kijken welk merk het is: het is hun eigen espressomerk Moreno. Er wordt gretig gebruik van gemaakt, mooie reclame voor hun eigen merk, net zoals alle andere formules altijd een bekertje koffie aanbieden van het huismerk. Soms is dat gratis, soms niet, en ook in deze Aldi moet je ervoor betalen, maar dan kun je ook een cappuccino nemen.

Meteen links de bekende stortbakken met producten. Opvallend daarin zijn de A-merken voor een zeer aantrekkelijke prijs. Grote flacon Dreft voor 1,99, ook zo’n 30% onder de reguliere prijs, en blikjes Fanta, ook zo’n 10% goedkoper.
Verderop in de reguliere schappen kom je naast de bekende Aldi-artikelen ook Unilever-artikelen tegen. Hier eerst Unox-rookworsten en good old Smac, wordt dat nog gegeten? De prijsstelling lijkt niet veel lager dan in de reguliere supermarkten, ik weet ook niet of het hard doorstroomt, maar het geeft ook herkenning en op een of andere manier vertrouwen. In de rest van de winkel meer Unilever-wasmiddelen en -cosmetica. Wat wel voordelig is, zijn de grotere voordeelverpakkingen van de merken, daar lijkt wel een mooi prijsvoordeel op te zitten. Maar ja, dan moet je wel een liter Dove willen kopen.

Wijn: weg schreeuwerige signing
Opvallend zijn de twee kopstellingen met wijn van de maand in de 100%-straat. Presentatie in houten kistjes, een houder met de fles voor het schap. En in plaats van alle schreeuwerige signing uit het verleden, nu iets sfeervollere zijpanelen en een topkaart. Met kurken en een glas wijn. En een Italiaans ogend wijnlandschap.
Dan heeft Aldi achter in de hoek een vier geschakelde displaybakken waar alle ingrediënten voor het recept van de week in staan.
Deze week een tomatenstoof. Een verrassend vegetarisch gerecht. Deze display is wel vrij leeg, zo te zien is er goed gebruik van gemaakt.
Daarnaast blijft Aldi opvallen met zijn nieuwe communicatie over duurzaamheid. Ook niet het eerste wat ik bij Aldi verwacht. Met hun biologische merk Mama Nature, steeds meer Beter Leven-vlees, een ruime keuze duurzame vis en het merk Fair, het eigen merk fairtrade-artikelen, in samenwerking met Max Havelaar.
Tot slot zie ik dat er geïnvesteerd wordt in service en personeel: lege omdozen en trays worden weggehaald en de schappen bijgevuld. Ook wordt er aangegeven dat als de wachtrij bij de kassa lang wordt er een kassa extra opengaat, wat ook daadwerkelijk gebeurt als ik er sta. Ook hier weer: zoals bij Lidl sinds enkele jaren?
Eenmaal thuis krijg ik wel commentaar. Lekker hoor, die pepernoten en toastjes, maar waarom zoveel? Ja, de verpakkingen van Aldi zijn doorgaans wel groot, zeker gezien de toename van kleinere huishoudens en individualisering.

Hoge klantwaardering

Op internet kun je de waardering van klanten zien als je de adressen opzoekt. Waar de andere winkels van Aldi in Zwolle weinig recensies krijgen en een score van 3,8 op een schaal van 5 krijgen, krijgt deze nieuwe winkel in korte tijd 23 recensies met een score van 4,5 uit 5. Met opmerkingen als ‘superfijn dat de winkel op zondag ook open is tot 21.00 u’. ‘Geen parkeerkosten’, ‘geen lange wachtrijen bij de kassa.’ Je ziet dat klanten dit soort veranderingen direct waarnemen en in dit geval duidelijk waarderen.

Er zijn wereldwijd twee retailsegmenten die groeien, online en low end retail, ofwel discount. Ook in Nederland, waarbij met name Lidl en Action de laatste jaren hiervan de aanjager waren. En denk ook aan de vernieuwde discountpositionering en online-aanpak van Vomar. Maar we zitten nog lang niet op de niveaus van Duitsland of Engeland. Aldi heeft laatste jaren in Nederland weinig van deze trend geprofiteerd. Ik denk dat het met deze nieuwe aanpak en investering zichzelf snel terugverdient. Niettemin, dit is maar één winkel van Aldi, ze hebben er honderden in Nederland. Echt effect gaat het pas krijgen als Aldi in heel Nederland er zo uit zal zien.

 

The Category & Trade Company, Utrechtseweg 35, 3811 NA Amersfoort